Acne.
Let op suikers en vetten?
Of toch niet?
Thijs
R. Klompmaker. Wai@WaiSays.com
Amsterdam
Ortho 2006; 24(4): 176-177
In het vorige nummer van Ortho stelt dr. Loren Cordain dat de Westerse voeding
de meest waarschijnlijke factor is bij het ontstaan van acne, aangezien bij natuurlijk levende volken
acne afwezig is [1]. Cordain legt de schuld bij het consumeren van suiker en witmeelprodukten,
in combinatie met een relatief tekort aan omega 3-vetzuren.
Analyse van deze theorie toont echter enkele onvolkomenheden aan.
Cordain’s theorie
Cordain’s theorie is gebaseerd op het gegeven dat hyperinsulinemie,
zoals het geval bij het polycysteus-ovarium-syndroom (PCOS), gepaard gaat met hyperandrogenisme en acne.
In zijn wetenschappelijke publicatie van 2005 stelt Cordain dat hyperinsulinemie direct de proliferatie
van keratinocyten stimuleert en de apoptose van corneocyten vermindert, indirect de talgproductie
stimuleert als gevolg van hyperandrogenisme, en dat deze combinatie verstopping van het pilosebaceuze kanaal
veroorzaakt.[2]
Cordain redeneert dat het consumeren van hoog-glycemisch voedsel zoals suiker, frisdranken en
witmeelproducten een gelijksoortig effect kan hebben als hyperinsulinemie. Het uiteindelijke
pro-inflammatoire effect zou volgens hem bewerkstelligd worden door een relatief tekort in onze voeding
aan omega 3-vetzuren ten opzichte van omega 6-vetzuren. Aangezien deze theorie op het eerste gezicht
plausibel lijkt, noopt dit tot analyse van de afzonderlijke pijlers.
Glycemische index
Cordain ziet de glycemische index van voeding als een leidraad voor de mate van afgifte van insuline na
een maaltijd. Dit is echter gebaseerd op twee onjuiste veronderstellingen:
1) dat het consumeren van hoog-glycemische voedsel gepaard gaat met het consumeren van hoog-glycemische maaltijden;
2) dat een laag-glycemische maaltijd minder dan een hoog-glycemische maaltijd de afgifte van insuline stimuleert.
Wat het eerste punt betreft hoeft het consumeren van voeding met een hoog glycemische index zeker niet te
resulteren in het geconsumeerd hebben van een hoog-glycemische maaltijd. Zo kan iemand prima de hele dag
door cola blijven drinken zonder dat dit gepaard hoeft te gaan met een noemenswaardige afgifte van insuline.
Voorwaarde is dan wel dat er steeds sprake is van het aanzuiveren van het bloed-glucosegehalte.
Op punt twee valt af te dingen dat de glycemische index (GI) nu eenmaal is gedefineerd als de snelheid
waarmee glucose uit de geconsumeerde koolhydraten in het bloed terechtkomt. Hierbij zouden volgens Cordain
eiwitten en vetten geen rol spelen. Maar het insulinestimulerende effect van aminozuren is zelfs groter is
dan die van een gelijke hoeveelheid glucose. [3] Ook vetten stimuleren de afgifte van insuline. [4]
De afgifte van insuline wordt dus niet bepaald door in welke mate een maaltijd hoog-glycemisch is en
alleen door glucose, ook door aminozuren en vetzuren die al in het bloed zitten en die door een maaltijd
nog eens worden toegevoerd. Al deze voedingsstoffen bevatten en leveren energie aan de lichaamscellen.
Hoeveel er van deze voedingsstoffen in het bloed aanwezig is, is gezamenlijk bepalend voor de mate waarin
er insuline vrijkomt in het bloed. Wordt er dermate weinig energie geconsumeerd dat er slechts sprake is
van het aanzuiveren van de gehaltes aan glucose, aminozuren en vetzuren in het bloed, dan vindt er ook
geen noemenswaardige extra afgifte van insuline plaats. Aangezien de meerderheid van de bevolking slechts
ongeveer 3 tot 5 maaltijden per dag consumeert, zijn die dusdanig energierijk dat er dagelijks een relatief
grote afgifte van insuline plaatsvindt.
Hyperinsulinemie en hyperandrogenisme
Bij hyperinsulinemie is er sprake van insulineresistentie en is de afgifte van insuline vaak vertraagd,
en vervolgens overdreven en verlengd. Bij gezonde personen is de afgifte van insuline nauw verbonden aan
de influx van extra energie, en is de afgifte van insuline, en de effecten daar van, uiteindelijk in
evenwicht met die van diens tegenhanger glucagon. Terwijl insulineresistentie onomkeerbaar is, verdwijnt
acne veelal na de puberteit, en kan de oorzaak van acne aldus niet gepaard gaan met insulineresistentie.
Men kan derhalve de effecten van hyperinsulinemie niet simpelweg extrapoleren naar die van een hoge
insulineafgifte bij gezonde personen.
Omega 3-vetzuren
Zou het voor het ontstaan van acne noodzakelijke pro-inflammatoire aspect worden veroorzaakt door een
relatief tekort aan omega 3-vetzuren, dan zou omega 3-suppletie een effectief medicijn moeten zijn.
Sinds het bestaan van acneforums op het internet is er door acnepatiënten driftig geëxperimenteerd
met voedingssupplementen. Een ‘gezonde’ antiacne pil, zonder recept te verkrijgen, is immers de droom
van iedere acnepatiënt. Bij vermeend succes krijgt het innemen van een bepaald supplement dan ook
onmiddellijk op grote schaal navolging. Het was op deze wijze dat ‘de vitamine B5 rage’ ontstond.
Inname van extreem hoge doseringen van deze vitamine bleek een klinische werking te hebben waarbij
de productie van talg sterk afgeremd werd, maar er helaas ook sprake was van ongewenste bijwerkingen,
zoals hoofdpijn, kortademigheid, maagpijn, een droge huid en verminderde slijmvorming bij een inname
van in de eerste drie maanden van 7 tot 10 gram per dag, gevolgd door 2 tot 3 gram per dag. Zoals met
vitamine B5 is er ook met grote herhaling geëxperimenteerd met de suppletie van omega 3- vetzuren,
maar zonder inspirerende resultaten.
Toch voeding?
Van de pubers heeft 85% ooit wel eens acne. [5] Van alle vrouwen met acne kreeg 89% er mee te maken vanaf
de eerste menstruatie. [6] Tenminste één factor in de oorzaak van acne lijkt derhalve hormonaal van aard te zijn.
Gezien het feit dat bij ‘slechts’ 61% van alle vrouwen met acne het gehalte aan één van de androgenen hoger is
dan normaal [6,7], moet er echter wel degelijk nog een andere oorzakelijke factor in het spel zijn.
Terecht wijst Cordain op het afwezig zijn van acne bij natuurlijk levende volken, maar wellicht dat
andere verschillen met de westerse voeding hierbij een rol spelen, zoals een substantieel lager
eiwitgehalte (van bereid voedsel) en/of het ontbreken van toegevoegd zout.
Zo is het bekend dat gezichtsoedemen vaak samen gaan met acne [8,9]. Dit kan verklaart worden door het
afknijpen en in verdrukking raken van de talgafvoerkanalen onder invloed van de hogere vochtdruk in de
lederhuid. In combinatie met een in aanleg of hormonaal veroorzaakte hoge talgproductie ‘ideaal’ zou
zijn voor het ontstaan van acne. Gezien het gegeven dat in de fitnesswereld algemeen bekend is dat het
innemen van eiwitsupplementen acne kan veroorzaken, en gezien het hydrofiele karakter van eiwitten en
zouten, het ontbreken van eiwitafbrekende enzymen in de huid [10], en het feit dat de verschillende
hoeveelheden aminozuren in het bloed en het lymfevocht zeer sterk kunnen variëren (van 100% tot 900%),
zijn eiwitten en zout wellicht geloofwaardig als verdachten van medeplichtigheid aan het veroorzaken
van acne. [11]
.
BRONNEN
[1] Van Dongen, J. Acne. Let op suikers en vetten. Ortho 2006; 24(3):113-115.
[2] Cordain L. Implications for the role of diet in acne. Semin Cutan Med Surg 2005; 24(2):84-91. Volledige artikel in PDF formaat
[3] J C Floyd, Jr, S S Fajans, J W Conn, R F Knopf, and J Rull, Stimulation of insulin secretion by amino acids. J Clin Invest. 1966 September; 45(9): 1487–1502.
[4] Xiao C, Giacca A, Carpentier A, Lewis GF., Differential effects of monounsaturated, polyunsaturated and saturated fat ingestion on glucose-stimulated insulin secretion, sensitivity and clearance in overweight and obese, non-diabetic humans. Diabetologia. 2006 Jun;49(6):1371-9.
[5] Rabinowitz, L.G. ,Acne Vulgaris. Adolesc. Med. 1997 / 8 (1) / 77-86.
[6] Cibula, D. et al, Prediction of increased levels of androgen in women with acne vulgaris using ultrasound and clinical parameters. (in Czech) Ceska. Gynekol. 1999 / 64 (4) / 242-246.
[7] Thiboutot, D. et al, Androgen metabolism in sebaceous glands from subjects with and without acne. Arch. Dermatol. 1999 / 135 (9) / 1041-1045. , Cibula, D. et al, Prediction of increased levels of androgen in women with acne vulgaris using ultrasound and clinical parameters. (in Czech) Ceska.Gynekol. 1999 / 64 (4) / 242-246.
[8] Dragan, L.R. et al, Solid facial edema preceding a diagnosis of retro-orbital B-cell lymphoma. J. Am. Acad. Dermatol. 2000 / 42 (5 Pt 2) / 872-874.
[9] Mendez-Fernandez, M.A. ,Surgical treatment of solid facial edema ; when everything fails. Ann. Plast. Surg. 1997 / 39 (6) / 620-623.
[10] Dutta, A.S., Small Peptides, Chemistry, Biology and Clinical Studies, Elsevier Science Amsterdam 1993 / 593.
[11] www.freeacnebook.com